blog archief

30 05 2018 Zomersneeuw

Weergaven: 79

Zomersneeuw

Vanaf half mei tot half juni lijkt het op warme en droge dagen wel te sneeuwen. Er komen talloze donzige pluisjes uit de lucht dwarrelen. Ze blijven liggen tussen de beplanting, op het grasveld of in de goot en dwarrelen via ramen en deuren ook het huis binnen. Deze pluisjes zijn afkomstig van populieren en, in mindere mate, van wilgen. Als je de pluisjes van heel dichtbij bekijkt, zul je zien dat er ook zwarte “dingetjes” in zitten. Dit zijn de zaadjes van deze bomen. Net zoals bij paardenbloemen worden deze door de wind verspreid met behulp van het pluis.

Populieren en wilgen zijn tweehuizig, d.w.z. de bomen dragen óf alleen mannelijke bloemen óf alleen vrouwelijke. De bloempjes zijn heel klein en zitten bij elkaar in zogenaamde katjes. De mannelijke katjes produceren stuifmeel en in de vrouwelijke worden na bevruchting de zaden gevormd. Na de bloei vallen de stuifmeelkatjes af. De vrouwelijke katjes blijven aan de boom hangen. Hierin ontwikkelen zich de vruchten en ook het pluis. Vanaf half mei zijn de zaden rijp en springen de vruchten open. Samen met het pluis worden de zwarte zaden door de wind verspreid. Als er heel veel pluis vrijkomt in een korte tijd, lijkt het net of er een laagje poedersneeuw op de grond ligt. Een paar jaar geleden was dat bijvoorbeeld heel mooi te zien langs de Lijstersingel. Hier stonden veel populieren in de buurt (een deel is voor de bijl gegaan door de vernieuwing van het stadscentrum). In de tuinen en in het bosplantsoen bleef deze zomersneeuw liggen en zelfs het water van de singel was er mee bedekt. Dat leverde een merkwaardig plaatje op, een bloeiende Gele Plomp omgeven door water met een laagje wit populierenpluis!

Hoewel er veel zaad op de grond terecht kan komen, zien we bijna nooit een jonge populier die uit zaad is opgekomen, in tegenstelling tot berken en esdoorns. Het zaad stelt hoge eisen aan de grond waarin het kiemt en bovendien verliest het al gauw zijn kiemkracht. Populieren kunnen echter goed worden vermeerderd door takken in de grond te steken.